AOW en pensioen belasting bijbetalen, zo zit dat

Geschreven door
Bernd Pensioen expert
Laatste update: 7 maart 2025 • 2 minuten leestijd
Veel gepensioneerden krijgen na hun eerste pensioenjaar een onverwachte belastingaanslag. Dit komt doordat de belastingheffing op AOW en aanvullend pensioen anders uitpakt dan verwacht. Verschillende factoren, zoals het progressieve belastingstelsel en de manier waarop uitkeringsinstanties loonheffing toepassen, kunnen ervoor zorgen dat er te weinig belasting wordt ingehouden. Door te begrijpen hoe dit werkt, kun je financiële verrassingen voorkomen.

Inhoudsopgave

    Hoe werkt de belastingheffing op AOW en pensioen?

    De Sociale Verzekeringsbank (SVB) houdt loonheffing in op je AOW-uitkering. Pensioenfondsen of verzekeraars doen dit op je aanvullend pensioen. Elke instantie baseert de ingehouden belasting alleen op het bedrag dat zij uitkeren en houdt geen rekening met je totale inkomen. Hierdoor kan de belastingafdracht te laag zijn, waardoor je later moet bijbetalen.

    De SVB en pensioenfondsen volgen hierbij de loonbelastingtabellen van de Belastingdienst. De hoogte van de ingehouden belasting hangt af van deze tabellen en of je loonheffingskorting toepast. Dit kan echter tot onverwachte naheffingen leiden als je meerdere inkomstenbronnen hebt.

    Waarom moet je soms belasting bijbetalen?

    Er zijn in Nederland drie belangrijke redenen waarom je een belastingaanslag kunt krijgen na pensionering. Zo houden uitkeringsinstanties alleen belasting in rekening voor hun eigen gedrag. Hieronder schetsen we de drie scenario’s met daarbij een uitleg.

    1. Progressief belastingstelsel

    Nederland kent een progressief belastingstelsel, waarbij het tarief stijgt naarmate je inkomen hoger is. Voor AOW-gerechtigden gelden in 2025 de volgende tarieven (bron: Belastingdienst)

    • Tot € 38.441: 17,92%
    • € 38.441 – € 76.817: 37,48%
    • Vanaf € 76.817: 49,50%

    Omdat uitkeringsinstanties alleen belasting inhouden op basis van hun eigen uitkeringen, kunnen zij er niet altijd rekening mee houden dat je totale inkomen in een hogere belastingschijf valt. Dit kan ertoe leiden dat je bij de belastingaangifte extra moet betalen.

    2. Meerdere inkomstenbronnen

    Als je zowel AOW als aanvullend pensioen ontvangt, worden deze uitkeringen afzonderlijk belast. De loonheffing wordt per uitkeringsinstantie berekend, zonder een totaaloverzicht van jouw inkomsten. Hierdoor kan de totale belastingafdracht te laag zijn en volgt er later een naheffing.

    3. Loonheffingskorting verkeerd toegepast

    Je mag de loonheffingskorting slechts door één uitkeringsinstantie laten toepassen. Als meerdere instanties de korting toepassen, wordt er te weinig belasting ingehouden. Dit kan resulteren in een onverwachte aanslag.

    Hoe voorkom je een belastingaanslag achteraf?

    Laat de korting toepassen door de instantie die de hoogste uitkering verstrekt, meestal je pensioenfonds. Informeer de andere instanties dat zij de korting niet mogen toepassen. Verder is het slim om gedurende het jaar alvast een voorlopige aanslag te doen. Als laatste is het slim om jaarlijks controle uit te voeren.

    Blijf je belastingpositie in de gaten houden

    Door regelmatig te controleren hoeveel belasting er wordt ingehouden, voorkom je verrassingen. Overweeg om een pensioenadviseur te raadplegen als je twijfelt over je belastingpositie. Een adviseur kan je helpen met belastingoptimalisatie en het benutten van eventuele aftrekposten.

    Wil je zeker weten dat je loonheffingskorting goed is toegepast? Log in bij Mijn SVB en controleer je gegevens. Op de website van de SVB vind je een handleiding met instructies.

    Veelgestelde vragen

    Reacties

    Er zijn nog geen reacties geplaatst.

    Geef een reactie

    Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *