Met pensioen gaan


Inhoudsopgave
Wanneer ga ik met pensioen?
Met pensioen gaat verschilt per het type pensioen. In Nederland bestaat je pensioen meestal uit drie onderdelen:
- Aanvullend pensioen, zoals lijfrente of spaargeld.
- AOW van de overheid.
- Pensioen via je werkgever.
De AOW-leeftijd
Je AOW-leeftijd is afhankelijk van je geboortedatum. In 2025 is de AOW-leeftijd 67 jaar. Vanaf 2028 stijgt deze naar 67 jaar en 3 maanden. De overheid baseert deze leeftijd op de gemiddelde levensverwachting. Hoe ouder mensen gemiddeld worden, hoe later je recht krijgt op AOW. Bekijk ook:
- Hoeveel AOW je krijgt als je partner jonger is dan 65.
- Hoeveel spaargeld je mag hebben als je AOW ontvangt.
Bereken je eigen AOW-leeftijd
Je kunt je eigen AOW-leeftijd berekenen op svb.nl. Daar zie je precies vanaf welke datum je AOW ingaat en hoeveel je ongeveer zult ontvangen.
Pensioen via je werkgever
Je pensioen opbouwen kan eerder of later ingaan dan je AOW. Voor veel mensen is dit onbekend. Veel mensen kiezen niet en laten het pensioen maar ingaan op de richtleeftijd van het pensioen. Die varieert in veel gevallen tussen 65 en 68 jaar. Kijk op mijnpensioenoverzicht.nl wat de richtleeftijd van jouw pensioen is. Daarin zie je hoeveel pensioen je hebt opgebouwd en welke keuzes je hebt qua ingangsdatum, partnerpensioen en tijdelijk verhogen of verlagen van je uitkering.
Als je bijvoorbeeld op je 64e met pensioen wilt en je AOW pas op je 67e ingaat, moet je zelf zorgen voor inkomen in de tussentijd. Dat kan met je werkgeverspensioen, maar ook met spaargeld of een lijfrente.
Eerder met pensioen gaan
Veel mensen willen eerder met pensioen dan hun AOW-leeftijd. Dat kan, maar het vraagt om een goede voorbereiding. Hieronder zie je de meest gebruikte opties:
1. Vervroegd pensioen laten ingaan
Je kunt je opgebouwde pensioen eerder laten ingaan. Bijvoorbeeld op je 63e of 64e. Dit betekent wel dat je pensioenuitkering lager wordt. Je ontvangt het over een langere periode en stopt eerder met opbouwen.
Sommige pensioenregelingen bieden de mogelijkheid om tijdelijk een hogere uitkering te ontvangen tot je AOW start. Daarna krijg je dan een lager bedrag. Dit heet een hoog-laagconstructie. Je kunt dit afstemmen op je persoonlijke situatie. Lees hier verder over het berekenen van eerder met pensioen gaan.
2. De RVU-regeling gebruiken
Werk je in een sector met zware beroepen, zoals de zorg of bouw? Dan kun je mogelijk gebruik maken van de RVU-regeling. Deze regeling maakt het mogelijk om tot drie jaar voor je AOW-leeftijd met pensioen te gaan met een uitkering van de werkgever.
Niet iedere sector biedt deze regeling aan. In cao’s van bijvoorbeeld de bouw, metaal of de zorg is vaak wel iets geregeld. Je werkgever of vakbond kan je hier meer over vertellen.
Let op: de RVU-uitkering is een vast bedrag van maximaal €2.273 bruto per maand (2025) en duurt maximaal 36 maanden. Je hebt dus aanvullend inkomen nodig als je hogere vaste lasten hebt.
3. Eigen spaargeld of lijfrente inzetten
Als je voldoende spaargeld hebt, kun je zelf de tijd tot je AOW overbruggen. Ook kun je een lijfrente laten uitkeren. Dit vraagt om een goede financiële planning.
Een lijfrente kun je vaak flexibel laten uitkeren vanaf 65 jaar. Sommige vormen zelfs vanaf 60 jaar. Informeer bij je bank of verzekeraar naar de mogelijkheden. Vergeet niet dat over lijfrente-uitkeringen belasting wordt geheven.
Leestip: pensioen aankopen.
4. Verlofsparen gebruiken
Sommige cao’s staan toe dat je extra verlof spaart om eerder te stoppen met werken. Dit kan oplopen tot bijna twee jaar. Vraag dit na bij je werkgever. Sinds 2021 is het mogelijk om tot 100 weken verlof belastingvrij te sparen. Dit verlof kun je inzetten om de laatste jaren tot je pensioen minder of niet te werken. Niet elke werkgever biedt dit aan, maar als je het kunt opbouwen, geeft het veel flexibiliteit.
Wat zijn de gevolgen van eerder stoppen met werken?
- Eerder met pensioen gaan heeft gevolgen voor je maandinkomen, je belasting en eventuele toeslagen. Hieronder lees je wat je kunt verwachten:
- Hoger belastingtarief vóór je AOW-leeftijd: hierdoor houd je netto minder over. Tot je AOW betaal je meer loonbelasting.
- Lager pensioen: je bouwt minder op en ontvangt het langer. Bijvoorbeeld: als je 2 jaar eerder stopt, mis je 2 jaar opbouw én wordt je uitkering lager verdeeld over meer jaren.
- Geen AOW tot je AOW-leeftijd: je moet die periode zelf overbruggen met spaargeld, een uitkering of je pensioen.
Pensioen aanvragen: zo doe je dat
AOW aanvragen
Vier maanden voor je AOW-leeftijd krijg je een brief van de SVB. Daarin staat hoe je je AOW aanvraagt. Ontvang je niets? Vraag het dan zelf aan via svb.nl. De AOW wordt maandelijks uitbetaald, meestal rond de 23e van de maand. Heb je geen volledige opbouw? Dan krijg je mogelijk minder AOW.
Pensioen via werkgever aanvragen
Neem drie tot zes maanden voor je gewenste pensioendatum contact op met je pensioenfonds of verzekeraar. Je moet zelf aangeven wanneer je wilt stoppen en hoe je het pensioen wilt laten uitkeren. Let op de keuzes die je moet maken:
- Alleen pensioen voor jezelf of ook partnerpensioen?
- Kies je voor een tijdelijk hoger bedrag tot AOW?
- Wil je in één keer een deel uitkeren (keuzemogelijkheid vanaf 2025)?
Aanvullend pensioen of lijfrente
Heb je een lijfrente of banksparen? Neem contact op met je aanbieder om de uitkering in gang te zetten. Je kunt vaak kiezen voor een maandelijkse uitkering, maar in sommige gevallen ook voor een jaarlijkse uitbetaling. Vraag naar de fiscale gevolgen.
Praktische tips en planning
- Begin op tijd: bij voorkeur vijf jaar voor je gewenste pensioendatum.
- Maak een overzicht van je verwachte inkomsten en uitgaven.
- Gebruik tools zoals de Pensioenschijf-van-vijf.
- Bespreek je plannen met je partner.
- Vraag een financieel adviseur om hulp.
- Check je pensioen per fonds op mijnpensioenoverzicht.nl.
- Bekijk ook je mogelijkheden voor pensioen opbouwen als je nog werkt.
Reacties
Er zijn nog geen reacties geplaatst.